“Er staan nu zeven indicaties op mijn naam. Zeven!” Het is de verzuchting van een lezer, die langzamerhand gek wordt van de herindicaties, administratieve futiliteiten en steeds opnieuw gestelde vragen. De overheid met zijn verbrokkelde wetgeving stuurt procedures op je af, zonder eerst eens onderling te overleggen wie wat heeft en wie wat weet. “Had ik maar één pot voor alles,” zegt onze lezer. “Maakt mij niet uit wie die beheert, maar één pot.”
Tekst: Ad van Gaalen
“Ja, ik ken het,” zegt Rian van de Schoot. Zij is directeur Leren, innoveren en onderzoeken bij Vilans. De kennisorganisatie liet een persbericht uitgaan over de regeldruk in de zorg. ‘De boosdoeners van regeldruk zijn bekend,’ stond erboven. Angst en gebrek aan vertrouwen is de kern. ‘De verpleegkundige is bang voor de directie, de directie is bang voor de raad van toezicht, de raad van toezicht is bang voor de inspectie, de NZa en de verzekeraar, toezichthouders zijn bang voor het ministerie, het ministerie is bang voor de politiek, de politiek is bang voor de publieke opinie. Angst is een slechte raadgever, ook in de zorg.’
Rian van de Schoot: “We hebben uitgebreid onderzocht hoe de professionals tegen de regeldruk aankijken. Daarbij komt onder meer aan het licht dat de meningen nogal verdeeld zijn. Wat de een overbodig vindt, vindt de ander juist heel zinvol. En er is een gebrek aan kennis. Neem de beruchte vijfminutenregistratie in de thuiszorg. Dat hoeft wettelijk helemaal niet. De regels laten veel meer vrijheid dan veel zorgverleners nu nemen. Het is blijkbaar erg lastig om te stoppen met iets te registreren als je dat zo gewend bent.”
U gaf aan dat vertrouwen, of liever wantrouwen, de kern van het probleem is.
Rian: “Regels zijn een soort gestold wantrouwen. Er is een cultuuromslag nodig om dat te veranderen. Alles is nu gebaseerd op geld, op de kosten. Prijs maal aantal dus. Er moet afgerekend worden, en dat kan alleen maar als je kunt rekenen. Dat hele proces is geautomatiseerd. De computer vraagt aan de hulpverlener bepaalde informatie. Het is heel lastig om dat te veranderen.”
Toen er nog geen computer was moest men elkaar meer vertrouwen, al was het alleen maar omdat het ondoenlijk was die enorme lijsten met data administratief te verwerken. Dat zou veel te duur zijn geweest.
Rian: “Ja, in die zin zou je kunnen zeggen dat de automatisering mede de regeldruk heeft veroorzaakt. Maar de suggestie van uw lezer dat je met één pot geld per persoon van dit probleem af zou zijn, gaat helaas niet op, althans niet voor mensen die vanuit verschillende wetten worden bediend. De Wmo is dan ook nog eens per gemeente verschillend.”
Uw rapport laat zien dat er wel iets verbeterd kan worden aan de regeldruk, maar eigenlijk marginaal.
Rian: “Dat klopt. Vilans is een kennisorganisatie. We willen kennis ontwikkelen die ook werkelijk helpend is. We gaan daarom nu onze focus richten op het ontwerp van regels. We hebben social designers in dienst genomen. Social design wil zeggen dat je bij maatregelen op het maatschappelijk vlak gaat kijken hoe wat je verzint, nu werkelijk uitpakt in de praktijk. Daar moeten de eindgebruikers een rol in spelen. Voor een commercieel product is dat overigens volkomen normaal. Voordat dat op de markt komt wordt het uitgebreid getest, men kijkt of het veilig is. Of de consument er goed mee om kan gaan. Of het niet al na twee maanden uit elkaar valt. Het is toch eigenlijk gek dat we dat met systemen voor maatschappelijke dienstverlening niet doen?”
De overheid heeft grote fouten gemaakt, met zijn ingebakken wantrouwen. Denk maar aan de toeslagenaffaire.
Rian: “Ja, en daardoor waait er nu wel een andere wind. Het aandachtspunt was altijd: voorkomen van misbruik. Bijna alle beleidsmakers zijn het er wel over eens dat het anders moet. Er moet bij de mensen op de werkvloer vrijheid van handelen ontstaan, vrijheid om desnoods ongebruikelijke oplossingen te vinden. Maatwerkoplossingen die helpen.”